Voor de tweede maal Defereggental:

Vrijdag 9-9-2022:

Oponthoud en nog eens oponthoud en borkenkäfers die de weg versperren evenals een paard dat borkenkäfers (met boom en al) weg sleept:

Vandaag om 4:30 vertrokken om 9:00 moesten we nog 650 km. Het worden 650 lange kilometers want het schiet af en toe niet op er is veel werk aan de weg. Het gaat van 120 naar 60 naar 120 naar 60 en zo maar door. Ook in Oostenrijk zit het ons niet mee er rijdt een landcruiser voor ons en die gaat toch een partij traag. Het is een Duitser die het duidelijk genoeg aan tijd heeft. Het is continue wisselend bewolkt en af en toe regent het. In Oostenrijk neemt de bewolking toe en regent het meer. Toch breekt af en toe de zon door. Na 13 uur rijden stappen we om half 6 uit de auto.

Het defereggental bij aankomst

We hebben van de 6 huisjes een huisje hoger op de heuvel helaas geen huisje achter tegen de bosrand. Dat was mooier geweest want dan kun je vanuit het huisje de kleine zangvogels zien vliegen in het struweel en reeën spotten. Maar goed we hebben in ieder geval vrij zicht. De huisjes zijn net gerenoveerd, de badkamer is nieuw en de keuken is nieuw. De boiler is, zo ontdekken we later, echter aan vervanging toe.

’s Avonds ga ik een eindje lopen op zoek naar een bord waarop de hoogte staat zodat ik mijn smartwatch kan kalibreren. Alleen staat op de meeste routebordjes voor de wandeltochten geen hoogte aan gegeven en ook de tijdsduur niet dat is in Oostenrijk dus niet zo in Zwitserland staat het er altijd bij. Maar ik zie een sos sticker onderaan op de paal van de bordjes zitten en hier staan waarempel de coördinaten vermeld maar ook de hoogte. Ik zit hier op 1465 meter hoogte.

Ik loop het bord voorbij het försterpad op een breed grindpad dat makkelijk te lopen is. Al lopend kom ik wilgenroosje, hoefblad, duizendblad, het grasklokje, blaassilene, vliegenzwam en een rode russula tegen.

Dan kom ik bij een zijpaadje dat geblokkeerd is door omgevallen bomen. Er zijn de afgelopen 2 jaar heel veel bomen ten offer gevallen aan de borkenkäfer. Er is heel veel sneeuw gevallen en daardoor zijn bepaalde bomen verzwakt geraakt en dus makkelijk aan te tasten door de kever. Ze huren zelfs Roemenen in om de dode bomen te vellen omdat ze het zelf niet kunnen bijbenen zoveel zijn het er.

Ik heb dit paadje eerder gelopen en wil het nog een keer lopen want het is een interessant klein paadje. Dus loop ik een stukje verder tot waar geen bomen liggen en klim naar beneden naar het paadje toe, Ja ik laat me niet zo maar ontmoedigen. Het is een klein slingerpaadje dat al gauw bij de rivier en een gammele houten brug uit komt. De brug heeft echt zijn beste tijd gehad maar hij houdt het. Aan het andere eind van de brug bevindt zich een hekje dat afgesloten is met een ijzeren ketting. De ketting er af en door het hekje lopend (wel weer afsluiten natuurlijk) sla ik scherp rechtsaf en sta oog in oog met een hengst van een paardenras dat wordt gebruikt in de bosbouw. Misschien wordt hij hier gebruikt om dode bomen uit het bos te halen.

Het is een prachtig zwartbruin paard met met dikke zwarte manen en dikke benen en dikke billen partij. Ik vind paarden altijd prachtig om te zien en dat geld deste meer voor dit soort paarden, maar het is altijd een beetje uitkijken met paarden. Hij staat pontificaal op het pad maar als ik in zijn richting loop gaat hij opzij en laat mij door. Het paadje loopt hier door wat elzenstruiken vlakbij de rivier en is deels nat ik loop nog een stukje door het slingerende paadje omhoog en besluit dan weer terug te gaan. Later in de komende 2 week zullen we het pad helemaal aflopen tot aan de weg het wordt nu al wat donkerder dus ik moet terug.

Ik loop de brug weer over en laat het paard weer alleen aan zichzelf over. Klim weer omhoog naar het försterpad en loop weer terug. Mistflarden hangen om een aantal huisjes van en gehucht aan de overkant van het rivierdal er brand al licht.

Net voor het donker ben ik terug bij het huisje dat zich volgens mijn smartwatch op 1449 meter hoogte bevindt dat weten we dan meteen ook. Meteen op de eerste dag al een korte wandeling gemaakt.

Zaterdag 10-09-2022:

Zou het heilwasser kunnen voorkomen dat er regen uit de dichttrekkende bewolking valt of wordt het een dubbele wassererlebnisweg ?:

Bij het opstaan om 9:00 wordt ik begroet door de zon die schijnt vanuit een wolken loze hemel maar die net niet alle wolkjes heeft kunnen wegjagen en dat was dom want om ongeveer 10:00 gaan ze het van hem winnen en betrekt de lucht, maar de zon blijft er voorlopig nog even bij. Ik ga zitten lezen tot een uur of 11:00 als we gaan eten om dan om 11:30 op stap te gaan vanuit het huisje om de grosser wasser erlebnisweg te gaan wandelen.

Het is half bewolkt als we vertrekken en er wordt regen voorspeld. Maar dat laatste daar lach ik om. Gewapend met verrekijker en het belangrijkste het fototoestel gaan we op pad. Op gewone wandelschoenen wat meteen al in het begin niet slim is want over het pad loopt water vanaf de zijkanten en het is een en al drek, dat we nu moeten zien te omzeilen. Maar goed na deze eerste 40 meters of zo vormt het geen probleem meer en komen we als snel aan bij de waterval met watermolen alwaar de grosse wassererlebnisweg begint.

De watermolen staat hier ter illustratie van hoe vroeger waterkracht werd gebruikt om bijvoorbeeld hout te kunnen zagen. Er staat ook een klein mannetje vreemd te doen: hij komt niet van zijn plek en draait almaar aan een wiel. Zo zal het toch vroeger niet gegaan zijn. Soms beweegt ie snel dan lijkt hij bijna tot staan te komen maar toch net niet.

Als we verder lopen komen we bij een houten omheining waar forellen rondzwemmen in een afgesloten stuk van de rivier. Ze cirkelen rond en af en toe hapt er 1 naar een vlieg op het water.

Bij de volgende kleine waterval is weer een rad aanwezig dat door het water wordt aangestuurd en een holle stam waar het water door loopt.

Dan komen we weer bij een afgesloten deel van de rivier waar ook weer forellen rondzwemmen. Ze zijn natuurlijk uitgezet en leven in afgesloten stukken. Het pad loopt verder naar beneden toe naar een venig gebied waar vlonders het pad door het gebied markeren, het is hier vochtig het zijriviertje waar de waterval op uit komt overstroomt dit gebied voordat hij bij de hoofdrivier de zwarzach uit komt.

Omdat het hier zo vochtig is zien we veel paddenstoelen, bijvoorbeeld de sombere honingzwam op een stronk en iets wat lijkt op de stekeltrilzwam ook op een stronk.

Verder hebben we ook al het wilgenroosje zien bloeien en vrouwenmantel en hoefblad. De stekelige of parelstuifzwam staat hier ook evenals de vliegenzwam en de inktzwam.

Af en toe zijn er mooie doorkijkjes op de omringende bergen, doorkijkjes want we lopen hier nog steeds tussen de dennen.

Stijve ogentroost en lupinnen staan hier heel veel net voor het dorpje Maria Hilf waar we ineens binnen lopen.

Hier staat een mooi groot huis opgebouwd van platte stenen met mortel er tussen en een houten overkapping voor de eerste en tweede verdieping met houten naar buiten uitklappende raampjes met geraniums ervoor en rood met witte gordijntjes. Het lijkt heel karakteristiek en oud.

Op een bordje staat een verwijzing naar een zwavelbron dus volgen we dat pad maar wat we ook tegen komen geen zwavelbron. Het trekt inmiddels helemaal dicht en mijn broer verwacht regen maar ik wuif dit weg en krijg gelijk.

Na een aantal mooie doorkijkjes komen we uit bij een vreemd beeld, het lijkt op een gedrongen man met een hoed op die slaapt, met een kettingzaag wordt zo iets gemaakt heel erg kunstig.

Als we dan verder lopen komen we bij een gebouw dat om een bron heen gebouwd is. Het zou heel heilzaam water zijn volgens een folder die in een bakje zit en je kan het ook kopen das beste heilwasser der welt, maar ik denk dat het gewoon een verkoop stunt is van iemand die een ander en zichzelf voor de gek houdt. Binnen het terrein dat bij de bron hoort staat nog een beeld heel kunstig is een kabouter hoofd uit een stronk gezaagd en even verderop staat nog iets dat lijkt op een (wal)vis.

Op een bruggetje over het water zit een zwarte heidelibel en bij een groepje stenen ziet mijn broer een hagedis weg schieten (waarschijnlijk muurhagedis) en daar zitten ook parende wormkruidhaantjes.

Ook zitten hier even verderop meerdere exemplaren van de zilveren maan een parelmoer vlinder.

Dan komen we weer bij een gebied waar een rivier zich verbreed tot een breed stroomdal waar een vlonderpad je door een moerasgebied loodst.

Hier staat langs de randen veel oeverzegge, het is een apart en leuk gebiedje waar je volgens mij in het voorjaar heel wat bloeiende planten kunt zien staan. Aan het eind van he vlonderpad eindigt de grosse wasser erlebnisweg tenminste voor ons want je zou het ook als begin kunnen opvatten als je hier begint met lopen, het staat met grote letters op een houten bord. Dus we lopen nu hetzelfde pad terug.

Op de terugweg zien we nog de grote bevernel in bloei staan.

Als we terug lopen trekt de lucht weer wat meer open dat had ik wel verwacht want de bewolking was volgens mij niet dik. Het wordt nu warm eigenlijk te warm voor de trui die ik aan heb. De wormkruidhaantjes worden nu vergezeld van 2 krassers (sprinkhanen).

Dan lopen we weer langs het huis in Maria Hilf en voor we het weten zijn we terug bij de waterval die we nu beter op de foto kunnen krijgen omdat er nu verder geen mensen aanwezig zijn.

Als we bij het huisje zijn trekt de lucht helemaal dicht terwijl de rots zwaluwen samendrommen in grote groepen van wel 50 tot 100 vogels. En nee het heilwasser werkt niet want om 16:00 begint het te regenen of….. toch wel want terwijl ik de folder zit te lezen trekt de lucht ook weer open en schijnt de zon, Jammer dat het heilwasser gebouw gesloten was anders hadden we een fles kunnen kopen en de zon kunnen afdwingen op onze verdere vakantie, maar het loopt anders of…. toch ook weer niet. Want hoewel er slecht weer voorspeld wordt aan het eind van de eerste week en de rest van de volgende week loopt dat toch ook weer anders want de bewolking is nooit echt dik en veel sneeuw en regen valt er niet en de 2e week is de zon toch regelmatig te zien het is af en toe zelfs helemaal onbewolkt. Maar we zitten in het zuiden en krijgen daar hulp van de Nordföhn, in het noorden is het weer veel slechter. Dus wat nou heilwasser de wolken zijn uitgeregend in het noorden en trekken open in het zuiden.

Zondag 11-09-2022:

Ohwwwwat was dat steil, dat is geen steil zo vroeg in de vakantie:

Vandaag richting Hirschbichl gelopen, hoewel gelopen het was een hele klim vooral zo vroeg na aankomst in de bergen. 723 steile meters over een slingerpaadje vol met stenen en boomwortels. Langs het pad staan veel paddenstoelen en er vliegen veel kleine vogeltjes rond zoals koolmees, zwarte mees, matkopmees, staartmees, goudhaantje, vlaamse gaai, notenkraker en boomklever. Het begint met een verouderde bundelzwam en even verderop zit op een vermolmde stronk een gele hersentrilzwam ook staan er veel vliegenzwammen en vlak voordat we de lapachalm bereiken staat er nog een panteramaniet.

Onder een steen staat nog 5 vingerkruid in bloei met gele bloemen met een oranje hart.

Het pad is erg steil zo vroeg in de vakantie, maar het voordeel is dat je snel op hoogte bent en mooie uitzichten krijgt op het dat achter ons met aan het begin van het dal altijd de Gross Glockner prijkend de hoogste berg van Oostenrijk met 3798 meter.

Op de lappachalm staan de koeien nog 1 staat ons nieuwsgierig aan te kijken. Volgens mij gaan ze ze verplaatsen want ze hebben ze allemaal binnen een omheining staan. Er staan hier 3 huizen en een stal.

We lopen verder en komen bij een bord waarop de deferegger pfanhorn en de gsieser törl vermeld staat. Mijn broer stelt voor om naar de pfanhorn of gsieser törl te gaan, maar omdat we al hadden besloten naar HirschBichl te gaan houden we dat aan.

Het begint dan wel meteen weer steil omhoog. Meteen stoten we op de blauwe rapunzel en de zilverdistel.

We komen nu in openen terrein het aantal bomen neemt af. Er staat hier zelfs heide. Het uitzicht wordt steeds beter tot we op een soort zadel staan vanwaar we neerkijken op het Staller sattel en de Obersee waar we ruim boven staan.

Met de auto is dat ook nog een behoorlijke klim met heel wat serpentines maar al klimmend zijn we er in de buurt gekomen en staan er ruim boven het lijkt heel dichtbij zum greifen nah. Nu volgt een lastige afdaling. De koeien staan hier nog verspreid over de alm. Eerst gaat het over het pad richting de Staller Sattel. De Staller Sattel is een pas, aan de andere kant van de pas ligt Italië. Vroeger was dat Oostenrijk maar de Italianen hebben het stuk geannexeerd jaren geleden. Er rijden hier heel veel motoren en snelle auto’s naar boven. Wij slaan af richting de weg en aan de overkant van de weg stuiten we op een stukje heide waarop een icarus blauwtje zit.

De mooie uitzichten zijn nu voorbij het gaat door het bos even steil naar beneden als dat we geklommen hebben zo’n 750 meter. We beginnen nu echt te merken dan het teveel was zo in het begin van de vakantie. Mijn knieën beginnen op te spelen en in mijn linkervoet zit een zeurende pijn. Ook voel ik mijn kuiten en scheenbeen. Af en toe kruisen we de weg. En komen uiteindelijk aan bij de toegang tot het Hohe Tauern nationaal park. Vanaf nu gaat het vlakker verder over het brede sintelpad van de Försterweg. Gelukkig want mijn knieën kunnen het bijna niet meer aan. Als we voorbij Erlsbach komen weten we dat het niet ver meer is nog zo’n 2 kilometer. In Erlsbach staat een groot chalet met allemaal paarse bloemen aan de balustrade.

In het begin van de tocht was het vooral bewolkt met af en toe zon en af en toe spetters regen. Bij de Hirschbichl trok de lucht open. Ik heb de hele tijd in een polo shirt gelopen dat ging net maar met een trui was het te warm geweest. Vooral in de klim was het zweten geblazen. Het was 12 km lopen en 720 meter klimmen en dalen. De volgende dag spelen de spieren op en voel ik vooral mijn linker knie.

Maandag 12-09-2022:

Een frisse kijk op de Gross Glockner gletscher doet je echt schrikken:

Vandaag een rustdag. We rijden naar de Gross Glockner over de Glockner hochalpenstrasse. Eerst het defereggental uit, dan richting Lienz en dan daar de pass op. Het was er fris iedereen had een jas aan en wij lopen in een t-shirt we hebben er nooit aan gedacht hoe koud het op hoogte kan zijn terwijl we het wel moeten weten. Maar het valt mee het is te doen en we houden er niets aan over.

Het is erg teleurstellen van de hele gletscher is bijna niks meer over. Er ligt nog een klein stukje vergruisd ijs onder de totaal besneeuwde Johannishorn maar verder is het ijs bijna verdwenen.

Ik herinner met het uitzicht nog van begin jaren 80 toen lag de gletscher bijna aan de parkeerplaats toe je kon er zo op stappen. Nu ligt daar een gletscher meer, hoe lang zal hier überhaupt nog een gletscher te zien zijn vraag je je af en hoe heeft dit zo (relatief) snel kunnen gebeuren. Ik bedoel gletscher zijn iets voor de eeuwigheid en verdwijnen niet in het niets in een bestek van 40 jaar, tenminste zo denk je maar het bewijs is onweerlegbaar daar dat het kan. Al met al een lange rit naar een uitzicht dat tegenvalt (we zijn echt wel wat meer gewend) en oh ja we hebben ook nog marmotten gezien dat lukt je nu ook niet meer om die te voeren wat in de jaren 80 we gewoon kon zo tam waren ze.

Terug bij het huisje besluiten we om tegen de middag nog een stukje te gaan lopen om de benen los te krijgen en zien we nog een mannetje havik overvliegen en het lukt me om hem in beeld de houden tot hij te ver weg is dus met 15 beelden per seconde heb ik later wel een stuk of 70 foto’s om uit te kiezen.

We komen uit bij het kerkje van Maria Hilf en de deur staat open dus nemen we even een kijkje in de eenvoudige kleine kerk.

’s Avonds probeer ik even hoe goed het mountainbiken wel. Ik fiets naar beneden naar Maria Hilf en klim dan terug omhoog in het begin gaat het voortvarend, maar dan krijg ik een stuk voor de kiezen steiler wordt en begin ik te hijgen tot ik bijna flauw val, maar het lukt me om door te gaan en het vakantiehuis te bereiken.

Dinsdag 13-09-2022:

Steil, steiler, steilst, een moutainbike tocht van uithijgen en weer door en weer uithijgen en weer door:

Vandaag stappen we onder een bijna wolken loze hemel ondanks de stijve spieren toch op de mountainbike voor een tocht naar de klamml joch. 960 hoogtemeters en 40 kilometer zijn te overbruggen. Het begin is te doen al zijn er steile stukken op de förster weg er valt tenminste door te fietsen. Ik klim weer als de beste en kom als eerste aan bij de ingang van het nationaal park Hohe Tauern. Auto’s moeten hier betalen, fietsers mogen zo door.

Na de slagbomen gaat het in eerste instantie rechtuit over de weg, maar dan komt er een haarspeld bocht en net voor die bocht wordt het steil, zo steil dat ik moet stoppen en uithijgen. Komt ook omdat de benen nog niet goed zijn bekomen na het ook al steil klimmen (zei het lopend) naar de Hirschbichl en het is de eerste mountainbike tocht. Onderweg stoppen we ook af en toe om een foto te nemen, met de smartphone wel is waar want de camera meenemen met het mountainbiken is lastig.

Bij de Patcheralm komen we weer op een gravel pad, in het begin is dit nog niet zo steil, maar steil gaat het worden. Te steil het wordt stilstaan en uithijgen en dan weer 50 meter fietsen en weer stilstaan en dan weer en dan weer tot het steile stuk overwonnen is. Hier haalt mijn broer me in hij komt beter vooruit op de steilste stukken. Ik zit meer op de kracht hij meer op de souplesse denk ik. We zijn dan al voorbij een klein boerengehucht waar de almen ommuurd zijn met 1 tot 1,5 meter hoge met stenen gestapelde muren. Zo worden de een zijn koeien gescheiden van de ander.

We maken nu een ruime steile bocht en dan een scherpe knik en zien dan het oeroude dorpje met uit steen opgebouwde huizen en stallen liggen rechts voor ons. De Jagdhausalm staat al bekend sinds 1212 wanneer ze door de gunstige klimatische ligging al het hele jaar door in gebruik waren als veehouderij en kaasmakerij tot in de 14e eeuw. Heden te dage bedrijven ze er nog steeds veehouderij vanaf juni tot september en houden ze de oude tradities nog in ere van de alm abtrieb enz. We zijn er nu bijna. Maar het is hier af en toe zo steil dat we moeite hebben voetgangers in te halen, maar inhalen doen we ze uiteindelijk toch, he, he wat is het voor ons zonder hulpmotor toch trappen. We worden weliswaar door de hulpmotors ingehaald, maar af en toe erkennen mensen dat wij richtige mountainbikers zijn. Het wordt weer heel steil vlak voor een scherpe haarspeld bocht die het laatste eind richting de pass inluid. Maar ook dat laatste stuk is nog uiterst steil. Hier liggen de koeien vlak naast het pad en is het tijd voor een korte rust met foto’s.

Eerst na de haarspeldbocht kaarsrechts steil omhoog en dan na een haakse bocht en nog wat bochten wordt het iets minder steil en is het te doen tot op de pas. Verder was het fietsen en uithijgen en fietsen en uithijgen geblazen. Over de pass heen ligt in de verte aan de Italiaanse kant de klammlsee.

De koeien liggen hier te luieren voor het bankje waarop wij gaan zitten. Er staat een heel stel mensen op het joch met elektrische mountainbikes en 1 stel met normale bikes. Na wat versnaperingen gaan we weer op pad, af en toe gaat het met een vaart van 50 km/h naar beneden. Mijn vering moet een beetje bijgesteld worden hij is wat aan de stugge kant. Het is goed uitkijken want er loopt menig een op het pad en ook mountainbikers komen omhoog, dus voor elke bocht is het in de remmen knijpen want wie weet wie of wat er om de bocht is. Zo gaat het naar beneden tot aan het restaurant bij de Patcheralm. We nemen 2 koppen koffie en warme apfelstrudel, dat smaakt goed. Dan gaat het verder over de weg dan het park uit en de försterweg op. Af en toe is er nog een klimmetje dat wat lastig is zo met het zadel naar beneden voor de afdaling. Al snel zijn we dan bij het huisje terug. De lucht was langzamerhand aan het betrekken met hoge windveer bewolking en lenswolken hingen in de vroege morgen boven de Gross Glockner toen het nog verder onbewolkt was. Nu wordt het weer wat helderder maar de lenswolken zijn geen goed teken. Er vliegen bij het huisje veel oranje luzerne vlinders rond en nog een kleine vos en er zit op het huisje een geblokte schimmel spanner.

Het is nu genieten van de zon, maar niet te lang want in het hoog gebergte raak je ontzettend snel verbrand.

Woensdag 14-09-2022:

Het Patchertal een dal dat voor de tweede keer intrigeert en ons weer voor de tweede keer trakteert op dezelfde weersverslechtering:

Vandaag een tocht naar het Patchertal. Dit is een ontzettend leuk dal met veel vlinders, vogels, reptielen en planten. Het is ook bezaaid met stenen en rotsblokken, kleine, grotere en sommige zo groot als een huis. Het behoort tot de kernzone van het nationaal park Hohe Tauern. We betalen voor de toegang en rijden met de auto tot aan de Patcheralm.

Dan gaat het meteen steil omhoog want het dal ligt op hoogte. Eerst met een zigzag pad over de alm en dan rechttoe rechtaan met links van ons een kloof die de rivier heeft uitgesneden in de rotsen. Vlak voor het steile stuk zie ik een distel vlinder zitten, die trekken nu de alpen over richting Italië en uiteindelijk zelfs Afrika. Ook zit er een notenkraker in een alpen den te schreeuwen, hij vliegt van top tot top en ik krijg hem een aantal keren op de foto, helaas niet goed in de vlucht.

Verder gaat het naast ons raast een waterval door zijn uitgesleten bedding, aan de rechterkant van het pad staan de meest interessante planten waaronder huislook en steenbreek.

Links staat vijf vingerkruid in bloei en staan ook de aparte bladeren van het groot nagelkruid. Ze lijken op de bladeren van de els. Na een laatste steil stuk komen we in het eigenlijke Patchertal.

Een beetje een vreemde situatie, normaal begint een dal laag en stap je het dal binnen en klimt aan het eind van het dal omhoog de bergen in, maar hier moet je dus eerst naar het dal toe klimmen en aan het eind van het dal begint weer een stijging. Bij het begin van het dal staat een klein hokje en is een jagerspad dat de rivier over steekt door middel van een boomstam waarop plankjes zijn gespijkerd. Meteen hierna hoor ik het gepiep van een waterspreeuw bij de rivier vandaan komen. Hij blijft mooi op zijn plek zitten en langzaam gaan we dichterbij. Maar dan komt mijn  broer te dichtbij en vliegt hij weg, maar niet te ver dus er achteraan. Zo gaat het een tijdje door dichterbij komen en dan wegvliegen tot hij onder water gaat om voedsel te zoeken. Dit laatste krijg ik mooi op de film. Uiteindelijk gaat hij de bocht van de rivier volgend bij ons vandaan en lopen wij verder het dal in dat bezaaid ligt met huizengrote rotsblokken.

Ook is er net een steenlawine geweest vanuit de rechterkant van het boven ons uit torenende zijkant van het dal. De rivier meandert door het dal en wordt af en toe behoorlijk breed ook komen er van de zijkant af en toe stroompjes bij.

Op sommige grote rotsblokken staan bonsai boompjes hun voedselarme leven te leiden.

Delen van het rivier plateau zijn helemaal vrij van bomen en zijn moerassig. Voor de rest staan hier veel exemplaren los verspreid of in groepen. De voorjaarsgentiaan staat hier in het najaar nog in bloei.

We komen nu aan het eind van het vlakke dal waar de klim door het geröl naar de Barmerhütte begint. In dit geröl staat vaak het fraai alpen leeuwenbekje en die wil ik graag zien dus gaan we verder omhoog. Het is half twaalf als we rechts een groep schapen met zwarte koppen zien liggen. Het zijn er een stuk of twaalf ze lijken wat op Walliser schapen maar die zijn veel meer gedrongen deze zijn veel groter en hun hele kop is zwart niet alleen de snuit.

We krijgen het fraai alpenleeuwenbekje niet te zien en besluiten bij twee grote rotsblokken in het geröl te stoppen en een pauze te nemen en een appel te eten en daarna om te keren. De bewolking neemt in de tussentijd toe. We kijken wat om ons heen en zien ver boven ons een steenarend vliegen. Er fluiten daar ook wat alpen marmotten naar elkaar. Je wordt geacht in de bergen niks achter te laten maar de twee appelklokhuizen gaan toch door de lucht suizend naar een plek waar hopelijk een vogel of ander dier nog van de resten kan genieten. Voedsel is hier schaars dus een bonus.

We willen op onze schreden terug keren en draaien ons om richting een klein stroompje en het staat daar vol met planten, de bossige alpensteenbreek, gele bergsteenbreek en waarempel daar staat het fraai alpenleeuwenbekje nog in bloei, weliswaar niet meer zo mooi maar toch. Het is zo’n klein bloemetje  en plantje dat je er zo aan voorbij zou lopen ware het niet dat de bloemetjes een mooi paars met contrasterend oranje hart hebben waardoor ze heel erg opvallen.

Hier vliegen ook groepjes zwarte roodstaarten rond en ze zijn niet schuw maar wel ontzettend druk en snel toch krijg ik er meerdere op de foto een op een rots en een andere op een tak.

Verder gaat het naar beneden en dan trekt de grauwgrijze bewolking toch weer open en ontstaat er een aangename temperatuur. Dat vinden ook de vlinders want die komen ineens tevoorschijn, de oranje luzerne vlinder, de komma vlinder en de kleine parelmoer vlinder.

Ik ga ook weer op zoek naar de waterspreeuw maar die zie ik niet meer. Bovenop een groot kaal rotsblok staat een cluster van lariksen en dennen.

Het kale deel van het dal is een groot stroombed van allemaal stroompjes en de hoofdrivier heeft hier iets moerassigs. Hier staat ook weer veel vijfvingerkruid en steenbreek in bloei. We zoeken ook om reptielen de levendbarende hagedis en de adder, die hebben we hier 5 jaar geleden wel gezien maar dat geluk hebben we niet. En google lens komt op de smartphone ook van pas want we zien hier een blad van een eigenaardige plant die ik niet ken het blad lijkt op dat van de els maar ligt plat tegen de grond, maar dwerggroei van els is het niet het blijkt het blad van groot nagelkruid te zijn. Het staat hier heel veel en ook in het zonlicht, zijn neefje het geel nagelkruid is een bosplant bij ons in Nederland en staat in de schaduw.

Dan komen we langs een rotswand waar allemaal water minnende planten op staan omdat er over een breed stuk water over naar beneden loopt. Net even verderop vinden we een klein nest met veldwespen. Ze zijn niet zo actief, ze hangen er met hun 15nen wat lusteloos bij. 1 van de raatjes zit nog dicht.

Weer even verderop zie ik een gelobd soort varen staan die ik nog niet eerder gezien heb. Het blijkt Cystopteris montana te zijn een zeldzame varen van kalkrijke bodems in loofbossen of natte rotspartijen in het hooggebergte.

Dan weer even  verderop de zilverdistel een van mijn favoriete planten net een uit de kluiten gewassen droogbloem, zo voelt hij ook aan. Het blad groeit in een grote rozet en precies in het midden zit een grote witte bloem met een doorsnede van wel 10 tot soms 15 cm. Er staan er 2 vlak bij elkaar, de bladrozetten raken elkaar.

Verder naar beneden toe komen we weer meer vlinders tegen waaronder de oranje luzerne vlinder en de kleine vos. We besluiten om voor de tweede keer bij het restaurant op de Patcheralm langs te gaan voor koffie en apfelstrudel. De lucht is inmiddels weer helemaal dicht getrokken en er wordt slecht weer voorspeld daarom houdt het restaurant er ook mee op voor dit seizoen. Onweer en regen in ieder geval 4 dagen langs en de temperatuur gaat kelderen van 25 tot 30 graden naar 10 tot 15. Om 3 uur begint heel erg had te waaien maar regen komt er niet. Op hetzelfde moment ongeveer en ook toen we bij het restaurant vandaan kwamen was het 5 jaar terug toen we hier ook waren precies hetzelfde weer en ook een omslag. En toch wordt het minder erg dan voorspeld veel minder erg en dat was de vorige keer ook zo. Er komt wel sneeuw maar de Nord-föhn laat het in het noorden slecht weer zijn en gelukkig bevinden wij ons in het zuiden. In de middag om 4 uur maken we nog een wandeling en zien een inktzwam en een grote groep bruin gekleurde stuifzwammen, de peervormige stuifzwam.

Donderdag 15-09-2022:

De Obersee een grensgeval verdedigd door bunkers tegen de Italianen maar het is niet alleen afscheiding het is ook verbroedering:

Vandaag begint de morgen met regen en het houdt voor twaalf-en niet op dus nemen we het besluit om die middag maar te gaan winkelen en naar een museum te gaan. Ondanks onze hoogte van 1440 meter sneeuwt het hier niet hogerop wel zoals we later zullen zien. In een paar dennen- en sparrenbomen is een eekhoorn aan het heen en weer rennen en springen. Eerst zit ie in de ene boom dan in de andere het gaat allemaal razendsnel en toch lukt het om foto’s te maken. Weliswaar door het raam en door de regen en met lage sluitertijden vanwege de bewolking. Er zijn er dan ook niet veel scherp de meeste niet, maar zo komt wel de beweging in beeld.

Als we om 13:00 naar de auto lopen om weg te rijden naar Matrei, breekt ineens de zon door. We rijden eerst nog die kant op, maar de zon komt er steeds meer bij dus keren we om en rijden naar de staller sattel en de Obersee met het idee om een ronde rond het meer te lopen. Een tochtje van 1700 meter waarbij we de bunkers ook nog mee nemen. Deze bunkers staan hier al heel lang ter verdediging of controle van de grens met Italië. 5 jaar geleden kon je er nog gewoon zo in lopen, nu zijn ze afgesloten. Ze zijn er neergezet na de eerste wereldoorlog toen Oostenrijk het hele Tirolse deel kwijt raakte aan Italië. Toch is het hele gebied dat geänexeerd werd hoofdzakelijk Duits gebleven en om dat te symboliseren is er in 1984 een standbeeld geplaatst dat verbroedering symboliseert.

De Obersee is iets meer dan 500 meter lang en iets meer dan 300 meter breed en heeft een diepste punt van 15 meter. In het meer is een boomstam boot gevonden waarmee ze vroeger hebben gevist.

Rond het meer staan nog wat bloemen waaronder het baardig klokje, vijf vinger kruid en margrieten en er vliegen hier notenkrakers en boomklevers rond.

In het meer dicht tegen de oever zwemmen jonge forellen rond hele kleine en al wat grotere. Ze zwemmen dicht tegen de oever om vooral zoveel mogelijk warmte op te vangen.

Het trekt inmiddels open dus we hebben wel het juiste besluit genomen. Vanaf de zijkanten komen allemaal stroompjes het meer opvullen en aan een kant stroomt het er weer uit over een oppervlak van stenen. Over deze stroompjes zijn houten bruggetjes gebouwd.

Overal staan struiken van het alpenroosje. We lopen in totaal zo’n 2 km denk ik. Op de terugweg gaan we langs de spar in St. Jakob. Als we daarna terug komen bij het huisje begint het ook al weer dicht te trekken en morgen schijnt het een complete regendag te worden.

Vrijdag 16-09-2022:

Voorspellingen komen min of meer uit want die regenboog was die ook voorspeld ?:

Het is al weer vrijdag een week na onze aankomst en hoe mooi het weer in de eerste week ook was zo slecht wordt het voorspeld in de 2e week. En toch schijnen wij er van verschoond te blijven, tenminste van het ergste. Ja het heeft geregend en op hoogte gesneeuwd maar echt extreem is het niet en je hoort ook de vliegtuigen boven de dunne bewolking voorbij vliegen. Nord-Föhn heet deze situatie aan de noordkant van de Alpenkam regent de bewolking uit terwijl die tegen de bergen omhoog klimt en aan de zuidkant kant blijft het relatief warm en regent het stukken minder. We hadden zoveel plannen en volgens mijn broer gaan die niet meer door gaan maar ik sta er een stuk positiever in. In de vroege morgen zien we een vlaamse gaai alle molshopen afstruinen, wat doet ie daar in hemelsnaam want hij woelt in de grond maar ze zijn zaden eters dus om wormen zal het niet gaan. Volgens de vogelbescherming eet hij voornamelijk insecten, eieren en jongen van zangvogels en zoals gezegd noten en zaden, de laatste in de winter verstopt als voorraad. Wat doet ie dan in hemelsnaam te woelen in een molshoop ? Alla hij zal het zelf wel weten anders deed ie het niet.

Het is bewolkt dus rijden we naar Matrei en brengen een bezoek aan het Hohe Tauern parkhaus een soort natuurmuseum over het Nationaal park Hohe Tauern. Er zijn 4 verdiepingen met informatie over dieren en planten, maar ook over cultuur, de geschiedenis, wetenschappelijk onderzoek en de toegankelijkheid voor gehandicapten. Het park is opgericht in 1970 en omvat 1800 km2, waarmee het veruit het grootste nationaal park van Oostenrijk is. Tijdens ons bezoek begint het te regenen dus we zitten hier wel goed. Vlakbij het museum staat en kerk die er van buiten interessant uit ziet, dus even een kijkje genomen. De binnenkant overweldigd letterlijk, het is niet de pracht en praal maar het is van binnen net een kunstwerk, zelden zo’n mooie kerk gezien en ik heb een aantal grote gezien zelfs het st. Davids in Pembrokeshire.

We gaan nog winkelen in de M-Preis een van de grote winkels die Matrei rijk is. Als we terug het Defereggental binnen rijden trekt de lucht open. Dus snel gegeten en op pad richting de Patcheralm. Floristisch en mycologisch een interessante tocht. Aan alle kanten van het sintelpad, het försterpfad, staan planten en paddenstoelen. Het begint met het wilgenroosje dat nog in bloei staat.

Dan het vijf vingerkruid, vervolgens mitopus morio een ontzettend grote hooiwagen.

Dan volgt een donkerbruine bekerzwam, hij lijkt wat op varkensoor maar is het niet want hij is veel donkerder bruin.

Dan komen we rechts aan een groot verval in de rivier de schwarzach hij stort zich in een kloof om dit te kunnen bewonderen hebben ze hier een uitzichtpunt gemaakt. Ik probeer het te fotograferen met een sluitertijd van 1/15 seconde om het water te laten vloeien, maar hier past niet een goed diafragma bij alles raakt uitgebeten. De schwarzach is inmiddels weer helder, gisteren was hij bruin van het puin en slib dat meekwam naar beneden.

Dan volgt links wolfsklauw (het staat en hangt er hier vol mee) en rechts hennepnetel en zo gaat het door links en rechts vliegen ons de planten en paddenstoelen om de oren.

Dan weer links de sombere honingzwam, de stekel trilzwam, dan weer rechts de blote billetjes zwam ook wel bloedweizwam of gewone boomwrat genoemd, dan weer een bekerzwam veel bleker dit keer.

Bij het dorpje Erlsbach stort een waterval naar beneden.

Hier hangen de bomen overal vol met baardmossen een teken van zuivere lucht.

We komen nu vanaf het försterpfad op een smal bospaadjes dat daalt en stijgt en slingert en nu begint het echt meer te regenen, maar het blijft relatief warm dus ik zweet in de softshell die ik aangetrokken heb om niet nat te worden. Het is een nieuwe jas en het water parelt er goed af. Mijn verrekijken en fototoestel zit ik niet mee die zijn beide water en stofdicht. We willen over de weg terug lopen en moeten daarvoor over een brug de rivier over. Hier zijn ook nog wat mooie landschapsfoto’s te maken.

Het trekt nu afwisselend open en dicht, regen en zon wisselen elkaar af, maar het lijkt er op dat de regen toch de overhand gaat krijgen. We lopen verder in een miezerig regentje over de weg naar beneden terug naar het beginpunt. Hier zitten links veel korstmossen op de stenen. Het lijkt op het groot schildmos.

Rechts staat de bleke veldtrechterzwam en de bomen hangen ook hier vol met baardmos een teken van zuivere lucht.

Even verderop staat een gele distel met hangende bloemen in een zo’n bloem hangen 2 hommels te schuilen voor de regen, het is de bleekgele vederdistel.

Zon wisselt nog steeds af met regen en zoals dat dan vaak gaat komt de regenboog er ook bij. Net op het moment dat we voorbij een klein gehuchtje lopen hangt er een regenboog boven de huisjes. Een heel appart moment, het regent, het sneeuwt, de zon breekt door de wolken en een regenboog laat zich zien. De regenboog blijft ons begeleiden tot we terug zijn bij het huisje.

Zaterdag 17-09-2022:

Rustdagen zijn een beetje vervelend, maar goed ze horen er ook bij de boog kan niet altijd gespannen zijn en toch………:

Vandaag een rustdag. Ben er niet blij mee want je doet niks en zit in de warmte binnen. Buiten fotograferen we een vlaamse gaai en een zwarte roodstaart. Hij zit kenmerkend op het dak van een oud vervallen houten schuurtje.

Verder lees ik wat in het nieuwe gekochte boek over de dieren in het nationaal park de Hohe Tauern. Het behandeld per hoogte zone van het dal tot de toppen der bergen welke dieren er leven. Het is een interessante serie boeken over het nationaal park. Elk boek behandeld een thema. Er is er een over planten, dieren, vlinders, geologie, het water, korstmossen, de geschiedenis en de almen. Mooie boeken en niet duur 16,90 per stuk. Maar ja welke koop je, want om ze allemaal te kopen gaat ook weer wat ver. Had interesse in het planten boek, maar vond de afbeeldingen niet zo mooi en er stonden er ook niet echt veel in dus vond die iets teleurstellend dus gekozen voor de dieren. Mijn broer koopt die van de vlinders. Korstmossen was ook wel interessant geweest, maar die stond er niet bij. Om een uur of 2 ’s middags besluiten we er toch op uit te gaan. Vanuit het huisje naar de wasser erlebnisweg. Eerst even kijken bij de waterval waar nu niemand rondloopt dus dat is gunstig om wat foto’s te maken.

Het is fris geworden dus de jas moet aan. We lopen omhoog richting de Vilgrater berge als het vanuit Italië begint dicht te trekken en het lijkt serieus toch denk ik dat het wat mee valt maar mijn broer wil terug. Ik krijg gelijk er komt niks van de hele dag heeft het niet geregend en nu weer terug zijn moet ik toegeven dat het een beetje sneeuwt. In de buurt van Italië ligt een hoge druk gebied dus veel slecht weer zal er niet vandaan komen. Dan maar weer wat lezen. Een grote groep waterpiepers komt langs ik schat het op wel zo’n 50 stuks.

Onderweg kregen we het zicht op de omringende bergen die besneeuwd waren maar de zon krijgt uiteindelijk veel van de sneeuw weer weg als hij aan het eind van de dag met wat meer kracht schijnt.

Zondag 18-09-2022:

Sneeuw is ultiem onze begeleider tijdens deze lange tocht hij ligt overal om ons heen en valt ook uit de bewolkte lucht, maar aan het eind van de dag is de zon er weer volop bij:

Het is een koude en windige dag vandaag, de bewolking overheerst maar af en toe trekt het wolkendek licht open. We rijden naar het nationaal park en parkeren bij de Patcheralm. Vandaar lopen we een pad omhoog richting de jagdhausalm. Het is hier meteen te zien dat er al behoorlijk wat sneeuw is gevallen.

Mijn broer loopt in en jas en heeft handschoenen aan. Bij een Oostenrijkse boer lokt dit het volgende commentaar uit. So wie du da dabei laufst so laufe ich dabei bei minus 28 grad. Gevolgd door es ist ja nur herbst. En ik vind dat de man gelijk heeft ik loop in een trui en zonder handschoenen en vind dat best te doen. Er staat weliswaar een koude wind, maar niet heel erg koud. In de bergen ga je onder het lopen snel zweten en dat kun je dus op 2 manieren ondervangen. Of je begint te lopen in lichte kledij waarbij je het in het begin koud hebt of je doet na een 20 minuten je warme kledij uit. We stijgen tussen de huizen door en komen daarna in de bosrand. Hier vliegen wat kleine zangvogeltjes rond: mezen, vinken, waterpiepers en zwarte roodstaarten. In de herfst zie je dat vaak dat grote groepen kleine zangvogels gezamenlijk de bosranden af struinen op zoek naar iets eetbaars. Naast het pad staan allemaal informatie borden met informatie over het park, de planten en dieren en over het bos. Het uitzicht wordt steeds beter naarmate we hoger komen. Zowel voor als achter ons liggen de bergtoppen in de sneeuw. Dit levert samen met de huizen en de rivier op de voorgrond mooie landschaps foto’s op.

Er bloeien nog steeds planten zoals het wilgenroosje, streepzaad en groot nagelkruid. Het groot nagelkruid zien ze hier voor het eerst in bloei staan het zijn de bladeren die op die van de els lijken met een grote gele bloem in het midden van de rozet. Net even verderop staat een informatie bord waarop de plant vermeld staat in het Duits heet hij de grosse nelkenwurz. De plant staat hier heel veel, zonder de bloem is het net een dwergstruikje van de els.

Zodra de zon een beetje tevoorschijn komt begint het ook licht te sneeuwen. Die sneeuw zal ons de rest van de tocht begeleiden. Op een gegeven moment gaat het pad licht naar beneden en ligt er een plank. Ik stap er op en schiet meteen onderuit. Met mijn fototoestel dat ik in mijn hand heb knal ik tegen een paaltje aan. Daarna gaat het scherpstellen niet meer goed. Maar kijken of de foto’s nog goed worden. Achteraf blijkt dat bij het fotograferen in serie de eerst foto toch goede resultaten oplevert, de rest is onscherp. Gelukkig doet het toestel het na een reset weer goed. Fysiek heb ik niks dus de tocht kan gewoon verder gaan. Het pad klimt en daalt en slingert verder tot we bij een breed sintelpad komen. Meteen na een bocht staan we voor een grote alm die door stenen muren is opgedeeld in percelen en waar houten huizen met stenen fundering staan waar de boeren in de zomer verblijven, eigenlijk het hele sneeuwvrije seizoen, want ook nu zijn de koeien er nog. Met de koeien op de voorgrond de meanderende muurtjes in het midden en de huizen en bergen op de achtergrond wordt het een mooie foto, die nog wat meer sfeer krijgt doordat het continue sneeuwt en die sneeuwvlokken zie je terug in de foto.

Voor een boerderij is een klein poeltje waar 2 kalfjes staan te drinken.

Het trekt nu meer dicht en een gure wind steekt op. Mijn broer wil terug, maar ik vind dat we door moeten gaan tot het punt dat we van plan waren te bezoeken en dat is de jagdhaus alm. Hiervoor moeten we nog een heel eind voorbij de alm lopen en dan een bocht om. Maar eerst gaat de jas aan want in de trui wordt het nu te koud. We lopen verder in wind en sneeuw. Vlak voor de brede bocht neemt de wind wat af  en als we daarna een scherpe bocht naar links nemen licht een groot sneeuw panorama voor ons. In de sneeuw kun je de voetpaden nog steeds goed zien liggen. Die paden zijn meestal rotsachtig en die steen neemt natuurlijk de warmte van de zon op dus blijven de paden door de warmte in de stenen langer verschoond van sneeuw.

Meteen zitten we ook weer in een gure wind. We lopen nog een klein stukje verder om het kleine gehuchtje jagdhausalm te kunnen zien liggen en te kunnen fotograferen. Het licht net iets lager dan het omringende terrein dus het gehuchtje is sneeuwvrij.

We lopen nu zelf ook in de sneeuw want we staan hoger dan het gehuchtje.

Op dinsdag waren we hier ook op de mountainbike toen was het weer compleet tegenovergesteld. Zo kan het gaan in de bergen de ene dag is het 25 tot 30 graden en is de hemel wolken loos, de andere dag is het zo koud dat het sneeuwt en overheerst de bewolking compleet. We nemen foto’s en lopen dan terug en om te bewijzen hoe koud het hier is (geweest) hangen de ijspegels aan de rotsen, terwijl even verderop rond de bocht het fraai alpenleeuwenbekje in het gruis van de rotspartij nog staat te bloeien.

Bij dit keerpunt staat een bankje waarop we gaan zitten eten en drinken, we hebben 8 kilometer gelopen om hier te komen dus in totaal gaat de tocht 16 kilometer bedragen. Al fotograferend lopen we daarna verder terug de alm over tussen de huizen door, het bergpad weer op. Dalend over dit steile pad gaat mijn linker knie wat opspelen en mijn linkervoet doet gemeen pijn. Dat kunnen de inlegzolen die ik voor mijn platvoeten heb niet voorkomen. Maar het gaat om het genieten en dan is wat pijn verduren niet erg. Ik ben verder niet moe.

Het laatste stuk bij de huizen op de Patcheralm gaat steil omlaag, hier stuiten we op een nachtvlinder het is de gehoekte schimmelspanner en even verderop vliegen nog 2 oranje luzerne vlinders maar die zijn zo actief die krijgen we niet op de foto.

Precies 16 km geeft het horloge aan als we in de auto zitten een lange tocht voor in de bergen. De lucht trekt nu meer open en het wordt warmer. Als we al een tijdje bij het huisje zijn trekt het helemaal open en schijnt de zon volop. Het is dan buiten in de zon best uit te houden. Ook dat zijn de bergen het weer is zo veranderlijk als het maar kan zijn. Want zo goed als het ook lijkt toch verschijnen er lenswolken boven het Gross Glockner massief die duiden op een weersverslechtering.

Maandag 19-09-2022:

Er zit een hele kloof tussen de Galitzenklamm en andere ravijnen die we ooit eerder hebben gezien:

Een semi rustdag vandaag. In de morgen rijden we naar Lienz voor een bezoek aan de Galitzen klamm. Het kost 6,50 per persoon en je moet een helm dragen op de overhangende delen. Dat voorspeld spektakel zou je zeggen, maar als we boven aankomen hebben we echts zoiets is dat alles ???. We hebben kloven meegemaakt die 1000 keer interessanter waren en ook nog eens gratis ook (ja gratis en ja dat gratis is zo Nederlands maar het is waar). En de helm was ook dikke onzin. Het weinige dat we er qua foto’s van meenemen zijn de planten zoals de steenbreek varen, het leverbloempje en nog een toorts en landschappelijk is het wel interessant.

Omdat we toch in Lienz zijn gaan we nog even naar de winkelstraat waar we 5 jaar terug ook geweest zijn in een boekenwinkel waar ze interessante natuurboeken hadden. Maar hier is het ook een grote teleurstelling het aanbod valt nu tegen, wandelboeken en naslagwerken en dat is alles. Dus maar weer naar het Defereggental terug. In de middag lopen we vanuit het huisje naar de St. Jakob hochstrasse. Eerst over de weg en dan steil omhoog een grasveld door. Nu zien we eindelijk ook eens het dal vanuit een ander perspectief we hebben altijd gelopen aan de rechterkant van het dal nu lopen we links.

Het pad loopt boven het haus des wassers langs gaat steil omhoog en loopt dan langs de bosrand verder. Je kunt hier ook afslaan omhoog naar het blumen pfad maar dat houden we voor gezien, het is een heel steil pad dat naar de hoger gelegen alpiene almen gaat, hier wordt nog gemaaid met de zeis en er schijnen heel veel alpine bloemen te staan, maar nu sowieso niet zoveel in het najaar en we hebben een semi rustdag dus toch maar niet. Er staan hier aan dit pad ook nog veel bloeiende planten aan de zonzijde van het dal waaronder veel ooievaarsbekken (donkere, zachte en beemd), moesdistel, blaassilene, zinkviooltje, klaver, baardig klokje, zilverdistel en nog een toorts.

We zien veel oranje luzerne vlinders en nu krijg ik er eindelijk 1 goed op de foto en ook nog de wrattenbijter.

We komen uiteindelijk in het centrum van St. Jakob uit en lopen de weg over richting de rivier.

We lopen nu verder langs de rechterkant van de rivier de andere kant hebben we al gelopen. Het staat hier vol met informatie borden over de vos, de oehoe, de das en de alpenmarmot. Op een gegeven moment vliegt er een groep klein zangvogeltjes langs ons heen, koolmees, zwarte roodstaart en kuifmees. Die laatste krijg ik nu voor het eerst een keer goed op de foto zei het wel ver weg.

Na een wandeling van 10 km komen we uiteindelijk weer bij het huisje aan. Deze wandeling was in ieder geval niet teleurstellend.

Dinsdag 20-09-2022:

Ik had mijn zinnen gezet op de Drei Zinnen, die drie wou ik al altijd graag zien:

Vandaag opgemaakt voor een wat langere tocht naar de Drei Zinnen. Een tocht van 15 km en zo’n 1000 hoogtemeters. Het weer ziet er goed uit het is geheel onbewolkt en het vriest. De ramen van de auto moeten worden ontdooid tijdens het rijden.

We rijden naar de Staller Sattel en wachten daar tot het licht op groen gaat zodat we aan de andere kant naar beneden kunnen rijden. De weg aan de andere kant in Italië is namelijk te smal om er met twee auto’s tegelijk elkaar te kunnen passeren. Daarom is het zo geregeld dat het verkeer van boven moet wachten tot het verkeer van beneden boven is en andersom.

Het licht gaat op groen en we rijden Italië binnen, hoewel Italië ? het heeft qua bouwstijl en taal echt iets Oostenrijks. De uithangborden van winkels en andere zaken zijn allemaal in het Duits en ook de plaatsnamen zijn tweetalig eerst Duits en dan Italiaans. Heel Tirol hoorde namelijk voor de eerste wereldoorlog bij Oostenrijk, daarna is het geannexeerd en bij Italië ingedeeld. 100 jaar later is blijkbaar alles nog in het Duits en de mensen spreken er hoogstwaarschijnlijk ook nog Duits.

We rijden het dal uit en slaan af naar links richting Lienz. Daarna slaan we bij Moos rechtsaf en rijden het dolomieten gebergte tegemoet. Aan het eind van een zijweg is de parkeerplaats, hierna gaat het alleen te voet verder. We lopen eerst langs een grasveld waar dezelfde type witte paarden lopen als we 5 jaar geleden ook zagen, zouden het dezelfde zijn ?, het kan natuurlijk.

Het is een steile klim en een aantal stoklopers haalt ons al snel in dat loopt veel makkelijker en sneller al is het slecht voor het evenwicht. De anderen zonder stok laten we achter ons. We zien hier nog wondklaver in bloei staan en iets hogerop hangen de rozenbottels aan de struiken.

Het panorama overweldigd, al zijn we het mooiste panorama al voorbij dat ligt achter ons aan het begin van het pad, maar wordt daar verstoord door het in het blikveld staande restaurant. We komen op een stuk waar een geröl lawine is geweest en dit is echt zwaar lopen bij elke stap zak je een stukje terug. Ik probeer en aantal panorama foto’s te maken maar ik doe het verkeerd van links naar rechts en plaats van andersom als ik dat door heb lukt het uiteindelijk. Hoewel ik moet nog zien hoe goed ze gaan lukken want de zon schijnt direct in de lens. Dus afwachten maar.

Na het geröl volgen er afgesleten stenen en daarna opstapjes met balken en dikke stenen. Het is zweten en hijgen nu en het staat in schril contrast met het stervens koude begin van de tocht toen ik mijn handen in de zakken van mijn trui moest stoppen om ze warm te houden. Nu we hoger komen kan de rits van de trui open en de mouwen opgestroopt.

We kijken omhoog en zien op het hoogste punt mensen staan, daar moeten wij nog heen. Je kijkt bijna recht omhoog zo steil is het verdere verloop van de klim. Als we zelf op dat punt zijn aangeland staan we op een soort plateau, maar nog steeds stijgt het pad. Rechts van het pad staat de voorjaarsgentiaan nog in bloei en ook weer wondklaver, links liggen 2 spiegelgladde meren.

Op een hek bij een klein gebouwtje zitten alpenkauwen en er vliegen kleine groepjes rond. Nu zien we ook de grote hut staan en rechts daarvan een stukje hoger een klein kapelletje. De toppen van de Drei zinnen zijn boven de kam uit ook te zien, maar nog niet in volle glorie.

Eerder hadden we drie toppen gezien die we er voor aanzagen, maar dit zijn dan toch de echte. We moeten eerst de kam bereiken waar de hut op staat voordat we ze in volle glorie zien. Dat is wel spectaculair. Hier op de kam waait het hard en de rits van de trui kan meteen weer dicht en de mouwen naar beneden gestroopt.

We lopen iets verder om de massa te ontlopen en de drie pieken zonder omstanders te kunnen fotograferen. En omstanders zijn er genoeg ze staan in de rij voor de hut om naar binnen te kunnen en het is nogal een grote hut.

Er komt meer bewolking opzetten en boven de Drei Zinnen hangen twee lenswolken, het teken van naderend slecht weer, niet meteen maar wel in ieder geval de volgende 24 uur. Ik neem volop panorama en andere foto’s van de Drei Zinnen en hun omgeving.

Voor de Drei Zinnen ligt een dal dat behoorlijk groen is van de dennen. Wij staan op een plateau een soort karst vlakte die wegvalt in het dal.

We fotograferen wat verder en eten en drinken daarna. Over de tocht van 7,5 km en 1100 hoogtemeters hebben we 3 uren gedaan. Dat is niet gek want dat was ook de tijd die er voor aangegeven stond.

Dan stappen we weer op en vergeet ik mijn smartwatch weer uit de pauze stand te halen en neemt hij 20 minuten van de afdaling niet op tot ik er aan denk. We komen nog heel wat mensen tegen die om 13:00 nog steeds naar boven willen. Ik ben blij dat we eerder waren want de wind stak nog meer op en het werd koud daarboven.

Het dalen gaat goed al heb ik wel wat last van mijn linker knie. Oude blessures die opspelen van vorige tochten in de bergen ik heb hem ooit een keer verdraaid toen ik hardlopend naar beneden ging bij de Oberhornsee in Zwitserland vele, vele ( meer dan 30) jaren geleden maar het speelt af en toe vooral in het begin nog steeds op en mijn platvoeten doen ondanks de inlegzolen ook altijd reuze pijn. Maar het gaat goed.

We nemen af en toe nog wat foto’s maar kijken niet zoveel meer om ons heen. We hebben het gehad en willen zo snel mogelijk naar de auto en lopen daarom in stevig tempo. Mijn laatste foto is die van de twee witte paarden in de wei voor het mooie panorama van de dolomieten. Dezelfde foto die ik 5 jaar geleden ook als laatste nam. Thuis maar eens kijken hoeveel verschil er in zit. 4,5 uur na de start zijn we weer terug bij de auto. Niet gek voor een tocht van 15 km en 1100 hoogtemeters.

Woensdag 21-09-2022:

De umbalfälle een goede tweede en een uitzonderlijk goede laatste aan het eind, de beste en toch goedkoop:

Een semi rustdag vandaag nu echt een semi rustdag want we gaan de ’s middags naar de umbalfälle. Niet zo hoog en lang als de krimmler wasserfälle die aan de andere kant van dit gebergte en de kam van de Gross Venediger liggen en de hoogste van de Alpen zijn maar veel mooier en veel minder druk bezocht.

En het is een steile klim dus de rustige morgen na de klim naar de Drei Zinnen is wel verstandig.

We parkeren de auto voor 6 euro en beginnen te lopen. Onder het lopen zien we de beemd ooievaarsbek, 3 gehakkelde aurelias en 2 atalanta’s.

De Umbalfälle bestaan uit 5 tot 6 grote stufen waar op de spectaculairste stukken uitzichtpunten zijn gemaakt die boven de waterval uit torenen. Nu in september is de waterval lang niet zo tumulteus als in het voorjaar.

We zijn hier nu voor de 3e of 4e keer. Ook krijgen we nu een goed zicht op de Gross Venediger waar ook een pad naar toe loopt. Jammer genoeg staan er veel bomen voor en moet je echt het pad nemen er naar toe maar dat doen we niet wat me zwaar spijt had hem graag in vol ornaat gezien.

Maar wat het weer goed maakt is het zien en fotograferen van een stuk of 5 oranje luzerne vlinders die ik ook al parend op de foto krijg.

Het klimmen wou goed en ook bij de afdaling had ik geen last van de knieën. Heen en terug was 10 kilometer en we stoppen nog even bij het restaurant voor de lekkerste en mooist gegarneerde apfelstrudel en de lekkerste koffie die we tot nu toe hebben gehad en laat het ook nog eens de goedkoopste zijn ook. Dat is ook meteen de afsluiter van het terrasje pakken van deze vakantie en een goede dus.

Donderdag 22-02-2022:

Het einde van de obstakels, we gaan morgen terug naar het land van de verre einder en ik heb nu al fernweh:

Een klimdag naar de Lapachalm en dan door naar de Gsieser törl en misschien nog naar de Deferegger Pfanhorn. Dat laatste zal ik maar verklappen wordt het net niet het is te steil en te ver de laatste 400 meter halen we niet. En als ik kijk hoe moe ik ben van de 15 km lopen en 1100 meter klimmen is het besluit ook goed om het niet te doen. Laatste dag en het gaat niet lukken, morgen rijden we weer richting Nederland. Kan niet zeggen dat ik er zin in heb, vaak als ik thuis ben heb ik al weer fernweh naar de bergen. Maar goed realistisch is het niet want ook als je in Oostenrijk woont moet je werken en ik denk dat het wennen is aan de lange winters. Maar daar hebben ze nog winter, in Nederland is die verdwenen. -15 hebben we soms wel eens gehad in de jaren 80 en ook 90 nog en wat waren dat mooie winters met mooi weer. Nu is de winter triest en regenachtig, dan ga ik liever voor een half jaar winter denk ik, alhoewel dat is wel lang, maar winter met sneeuw en ijs……. Maar wat doe ik nu het verhaal is nog niet af eerst moeten we nog naar de Gsieser Törl.

Eerst weer het hele steile stuk naar de Lapachalm met uitzicht op de omringende bergen en achter ons de Gross Glockner dat dan wel weer.

En….. opeens vliegt er een specht roepend langs ons heen mijn broer denkt dat het een groene specht is maar corrigeert zichzelf meteen, het is een ander geluid dat van een grijskop specht. Ver van ons af vliegt hij in een boom. Daar blijft hij een tijdje zitten, lang genoeg voor meerdere foto’s maar eigenlijk te ver weg en te donker.

Boven bij de Lapachalm is alles verlaten, dus ik had de vorige keer gelijk ze waren er om het vee naar het dal te brengen.

We komen nu boven de boomgrens (die ligt vaak op 1800 meter) er staan hier alleen nog wat verspreide bomen. Af en toe zijn er verijsde poeltjes op het pad en aan sommige grashalmen die over het water hangen, hangen ijspegels.

Een mooier fenomeen is het ijshaar, er komt vocht uit de bodem omhoog zetten en dat bevriest meteen zodra het in contact komt met de lucht, het bevriest als een serie haarachtige structuren.

We lopen verder over het af en toe verijzelde pad en als we bijna bij de Gsieser törl zijn komt een koude wind over de pas zetten dus de rits kan tot aan de kraag dicht en de opgestroopte mouwen kunnen naar beneden. We lopen nu van Oostenrijk naar Italië in de verte zien we de Italiaanse dolomieten en meteen beneden ons en de pas ligt een groen dal met veel dennen.

Rechts torent de Defereggen Pfanhorn boven ons uit. Maar eerst aandacht voor het uitzicht en een rustpauze met eten en drinken. Vroeger werd er heel veel via deze pas gesmokkeld daarom staan hier bunkers van de vroegere douane die de Italiaanse kant uit kijken.

Ik zeg het verkeerd eerst lopen we een stukje verder Italië nog in en krijgen dan een mooier zicht op de dolomieten. Dan terug naar de grens. Op de grens staat een klein gebouwtje waar je kan zitten rusten daar eten en drinken we. Dan besluiten we om nog hoger te gaan richting de Pfanhorn om te kijken of het te doen is om die te beklimmen. Het gaat weer steil verder en als we over de rug heen zijn die we voor ons zagen zie we het pad naar de kam toe nog steiler omhoog gaan dat gaat mij te ver dus op 2400 meter met nog 400 meter te gaan scheiden we er mee uit. We gaan nog naar boven om vanaf een heuvel over de Italiaanse dolomieten uit te kijken en gaan dan terug. We nemen nu de afslag naar de Blindlisalm. Dit is qua afdaling minder steil vooral in het begin. We komen nu ook weer in het bos terecht.

Af en toe staan er paddenstoelen op een stronk. We hebben in dit bos ooit een auerhaan gezien maar die krijgen we natuurlijk nu niet te zien. Na twee bochten het dal in komen we bij de Blindlisalm, de hut is hier nog open tot zondag, het seizoen zit er hier bijna op. Boven was er niet veel sneeuw meer, maar dit pad is deste meer verijzeld dus het is echt op passen dat we niet uitglijden. Er lopen hier nog geiten rond en op de alm staan nog koeien.

Na de Blinlisalm gaat het steiler naar beneden en ik krijg enorme last van mijn linkervoet een echte platvoet hij is ok langer dan mijn rechter. Hier staan ook weer paddenstoelen en zien we ook weer ijshaar dit keer nog mooier.

Het pad gaat steil verder naar beneden tot aan het försterpfad een breed sintelpad. Daar gaat het geleidelijker naar beneden en toch kiezen voor een steil tussendoor paadje die de route behoorlijk verkort. Naast het försterpfad staan allemaal lantaarnpalen, die staan hier voor als men in de winter hier langs gaat met de arreslee. Mijn smartwatch die de route opneemt heeft het net tot op het laatste moment volgehouden hij heeft nog 4% stroom over dus het wordt tijd om hem op te laden. We zijn moe van deze laatste tocht, nog een douche en kop soep om op te knappen. Morgen gaat het richting Nederland en wat dat met me doet hebben we het al over gehad.

Vrijdag 23-02-2022:

Om, onder en tussen de besneeuwde punten door komt er een punt achter te staan……..:

We rijden terug om, onder en tussen de besneeuwde toppen door, vooral in het noorden zijn ze behoorlijk besneeuwd, hier is het weer een stuk slechter en kouder geweest. Zou dat ook de reden zijn waarom de gletscher bij de Gross Glockner zoveel sneller smelt, dat hij zo zuidelijk ligt ? Deze zinnen hou ik nog even vast, hoe lang zou het duren voor ik weer sneeuw zie ? en toppen en watervallen en bergmeren en gletschers en houten huizen en mooie kerken en braunvieh en onvermoeibare watermanetjes en kleine stenen gehuchtjes en alles wat de bergen herbergen……en zo moeizaam vrij geven. En auerhanen en notenkrakers en grijskop spechten en zwarte roodstaarten en kuifmezen en waterpiepers en waterspreeuwen en haviken en eekhoorns en forellen en oranje luzerne vlinders en grote M-preizen en Sparren, Ik vind het punt maar niet waarom ik niet kan blijven en toch komt er onvermijdelijk een punt achter te staan………

Posted in Geen categorie | No Comments »

Leave a Reply